Laurent Lépitre

Laurent (1983) heeft een rijke familiegeschiedenis als wijnmakers. Zo cultiveren ze sinds het einde van de 19de eeuw wijnstokken in Coulommes-la-Montagne, een klein wijnmakersdorp in de Petit Montagne de Reims. In 1948 zijn de oudoom van Laurent, Germain Lepitre en zijn neef Gérard Lepitre, gestart met het produceren van champagne. De twee zonen van de genoemde familieleden namen vervolgens het bedrijf over totdat Michel Lepitre, de vader van Laurent, in de jaren negentig besloot te stoppen met de productie van champagne om zijn druiven aan handelaren te verkopen. Een hele bewuste keuze omdat zijn vader een echte wijngaard man is. Dat is waar zijn hart sneller van ging kloppen. Hij was erop gericht de wijngaarden zo gezond mogelijk te maken.

In 2006 kwam Laurent na twee jaar studie Economie en wilde hij leren zelf champagne te maken. Zo heeft hij de studie gevolgd bij het Lycee Viticole in Avize. Sinds de vintage 2017 produceert hij zijn eerste cuvées van zijn percelen, Le Levant en Le Couchant.

De wijngaarden zijn verdeeld tussen de Montagne de Reims en het nog noordelijker gelegen Massif de Saint Thierry. De druiven 65% Meunier, 20% Pinot Noir en 15% Chardonnay groeien dus zowel op klei-kalksteen als op zandgronden met totaal 5 hectare. De wijngaarden liggen in Coullommes-la-Montagne (Meunier), Pargny-lès-Reims (Meunier), Bouilly (Chardonnay).

Laurent zegt hierover; ‘Ik heb het geluk dat ik van mijn vader een wijngaard heb gekregen waarin het gras een flink aantal jaren heeft gestaan, waardoor het mogelijk was om de groeikracht van de wijnstokken te reguleren.
Zodra ik begon, zette ik de ploeg weer op zijn plaats om de grond te beluchten en zo evenwichtig mogelijke druiven te produceren.’

Er wordt grotendeels biologisch en duurzaam gewerkt en hij maakt gebruik van de toegestane middelen koper en zwavel om wijnstokziekten te bestrijden. Behalve in uitzonderlijke gevallen zoals het catastrofale jaar 2021. Er wordt sinds 2017 geen herbicide meer gebruikt. Sinds 2020 worden ook preparaten op basis van planten, silica (mineralen) en hoornmest gebruikt voor de wijnstokken en de bodem.

Wat het wijnmaken betreft wil hij zo weinig mogelijk interveniëren en op een zo natuurlijk mogelijke manier champagne maken. De geoogste druiven worden geperst, het sap licht gesulfiteerd, een nacht op natuurlijke wijze gerijpt en daarna komt het in houten vaten, 228 liter, van 10 tot 20 jaar oud. Gisting en rijping vindt plaats gedurende 10 maanden, waardoor de wijnen kunnen stabiliseren, hun verschillende componenten (zuurgraad, structuur) kunnen harmoniseren, zonder te worden gekenmerkt door houtaroma’s. Bottelling vindt plaats in de zomer en de flessen rijpen vervolgens minimaal 36 maanden in kelders. Na degorgering, waarbij de wijn licht gedoseerd wordt, gaan de flessen terug naar de kelder voor minimaal 6 maanden voordat ze op de markt worden gebracht.